DEN HAAG – Net nu Frans Timmermans zich steeds beter thuis voelt in Den Haag, krijgt de GroenLinks-PvdA-leider te maken met nieuwe concurrentie uit onverwachte hoek. In een uitgebreid gesprek beantwoordt hij lezersvragen over zijn partij, de samenwerking tussen GroenLinks en PvdA, het imago van links en het gevoelige onderwerp asiel.
“Ik ben geen spelletjesman”
Thuis is Timmermans geen fan van spelletjes. “Mijn kinderen zeggen altijd: papa doet niet mee, die houdt daar niet van,” vertelt hij lachend. Hij vindt het dan ook niet erg dat hij niet meedeed aan De Slimste Mens, waar D66’er Rob Jetten hoge kijkcijfers scoorde. “Soms heb je gewoon mazzel in dit vak.”
Over de stijgende populariteit van D66 zegt hij: “Nu de campagne vordert, gaat de inhoud weer zwaarder wegen. Dan zullen mensen zich afvragen of ze partijen willen steunen die bijvoorbeeld nieuwe medicijnen uit het basispakket willen schrappen. Dat zou betekenen dat kankerpatiënten geen toegang meer hebben tot levensreddende behandelingen. Dat vind ik harteloos.”
“D66 is naar rechts opgeschoven”
Timmermans vindt dat D66 een andere koers is gaan varen. “Jetten heeft er zelf voor gekozen om op de lege stoel te gaan zitten waar vroeger de VVD zat.”

Van Brussel naar Den Haag
De overstap van Brussel naar Den Haag was groot, zegt hij. “Toen ik na de kabinetsval terugkwam, moest alles met stoom en kokend water worden georganiseerd. We waren twee partijen aan het samenvoegen tot één beweging. Dat was enorm wennen.”
Hoewel hij het leiden van een partij waardeert, geeft hij eerlijk toe: “Ik vind besturen leuker.” Toch benadrukt hij zijn verantwoordelijkheid als fractieleider: “Ik blijf in de Kamer om het fusieproces te voltooien en onze partij een duidelijk gezicht te geven.”
Over opvolging en verjonging
Veel lezers vragen wanneer Timmermans het stokje overdraagt aan een jongere generatie. “Dat komt vanzelf. Ik ben 64, officieel moet ik nog drie jaar werken. Maar ze hebben gelijk: een nieuwe partij verdient ook nieuwe gezichten. Op onze lijst staan mensen die de potentie hebben om partijleider of minister te worden. Alleen: ervaring wordt soms onderschat — het is wél handig om te hebben.”
Asiel en migratie
Het asielvraagstuk ligt gevoelig binnen zijn partij, maar Timmermans ziet ruimte voor nuance. “Wie vlucht voor oorlog en geweld, moet hier terechtkunnen. Tegelijkertijd moeten we migratie kunnen sturen. Dat hoeft geen splijtzwam te zijn in coalitieonderhandelingen.”
De strafbaarstelling van illegaliteit noemt hij “een schijnmaatregel”. Toch houdt hij de deur niet volledig dicht: “Ik vind niet dat je nu al moet zeggen wat een breekpunt is. Maar ik geloof dat ik genoeg overtuigingskracht heb om mensen mee te nemen in maatregelen die echt werken, niet alleen symbolisch zijn.”

“Er is een azc bij mij om de hoek”
Over zorgen rond asielzoekerscentra is hij nuchter. “Er is een azc op vijf minuten fietsen van mijn huis, ik merk er nooit iets van. Toen Geert Wilders die lijst met alle azc’s voorlas, kreeg ik appjes van mensen die zeiden: ‘Ik wist niet eens dat we er één hadden!’”
Hij begrijpt wel dat er bij grote centra sneller overlast ontstaat. “Juist daarom is de spreidingswet zo belangrijk. Die zorgt voor kleinschalige opvang in het hele land, zodat iedereen bijdraagt.”
Een lezer vraagt hem of hij van woning zou willen ruilen met iemand die naast een Syrisch gezin met negen kinderen woont. Timmermans reageert bedachtzaam: “Ik betrek mijn gezin daar niet bij; zij hebben al genoeg last van mijn werk. Maar overlast is overlast — dat heeft geen kleur of geloof. En ja, hij mag me uitnodigen. Misschien blijf ik zelfs een nachtje logeren.”
Intimidatie en politieke druk
Onlangs werd Timmermans in Amsterdam geconfronteerd met intimidatie. Zijn gezin maakt zich zorgen, vertelt hij. “Dat raakt me, maar het maakt me ook strijdbaarder. Ik laat me niet wegjagen. Mijn gezin steunt me volledig — één van mijn kinderen werkt in de zorg, dus die wil dat wij bezuinigingen voorkomen.”
Over Wilders en de ‘dronken oom’-uitspraak
Tijdens een partijcongres noemde Timmermans dat Geert Wilders niet als ‘dronken oom’ behandeld moest worden. Sommigen vatten dat op als een vergelijking. “Maar dat heb ik nooit gezegd,” reageert hij fel. “Ik zei juist: hij is geen dronken oom. Hij is de belangrijkste politicus van het land, en die moet je serieus nemen. Je kunt hem niet negeren — je moet opstaan en reageren.”

Het contact met de ‘gewone man’
Lezer Patrick Keizer zegt links te hebben verlaten omdat de partij het contact met de gewone man zou zijn kwijtgeraakt. Timmermans: “Kijk naar onze plannen: wij investeren 36 miljard in tien jaar in wonen, bezuinigen niet op de zorg en willen het onderwijs versterken. Vergelijk dat eens met rechtse partijen — wij kiezen juist voor mensen.”
Een andere lezer, Bert van Eken (78), adviseert hem meer nadruk te leggen op wonen, defensie, zorg en onderwijs. “Dat zijn precies onze prioriteiten,” reageert Timmermans.
Defensie en de NAVO-norm
Tot slot over defensie: GroenLinks-PvdA wil de nieuwe NAVO-norm van 3,5 procent van het bbp slechts tot 2030 vastleggen. Waarom niet langer?
“Het is verstandig om eerst te kijken hoe andere landen zich ontwikkelen en hoe onze economie er dan voorstaat,” legt hij uit. “Vijf jaar geleden vonden we tanks ouderwets, nu willen we ze terug. Je moet niet te ver vooruit begroten zonder te weten wat de wereld dan vraagt.”
Frans Timmermans blijft, ondanks de druk, onveranderd strijdlustig. “Zolang ik verschil kan maken, blijf ik dat doen. En ik laat me niet uit het veld slaan.”













