Het Zorginstituut Nederland onderzoekt momenteel of twee nieuwe medicijnen tegen obesitas, waaronder Wegovy en Mounjaro, opgenomen kunnen worden in het basispakket van de zorgverzekering. Het gaat daarbij om middelen die bedoeld zijn voor mensen met ernstig overgewicht (obesitas) en bij wie leefstijlinterventies onvoldoende effect hebben gehad. Volgens het instituut wordt een “getrapte aanpak” gevolgd: eerst wordt gekeken naar groepen met de hoogste ziektelast, voordat eventueel een bredere inzet mogelijk is.
Beoordeling en selectie van doelgroepen
De nieuwe medicatie wordt eerst geëvalueerd voor specifieke patiëntgroepen. Mensen met een Body Mass Index (BMI) van 30 of hoger én bijkomende gezondheidsproblemen zoals slaapapneu of hart- en vaatziekten, komen in aanmerking. Ook mensen met een BMI van 35 of meer en ernstige obesitas kunnen worden overwogen. Deze aanpak is bedoeld om eerst de medische noodzaak en gezondheidswinst duidelijk in kaart te brengen.
Volgens eerdere adviezen van het Medicijnvergoedingssysteem werd voor Wegovy in 2024 nog geen positief oordeel gegeven wegens onvoldoende bewijs over langetermijneffecten en een onduidelijke prijs-kwaliteitverhouding.
Waarom deze stap nu?
Obesitas is in Nederland een groeiend gezondheidsprobleem, zowel voor de patiënt als voor de maatschappij. Onafhankelijke onderzoeken tonen aan dat een ruime meerderheid van Nederlanders vóór vergoeding van medicijnen tegen ernstig overgewicht is, mits de middelen effectief blijken te zijn. Een peiling liet zien dat bijna negen op de tien respondenten vonden dat vergoeding gerechtvaardigd is, zelfs wanneer de premie iets stijgt.
Het Zorginstituut stelt dat met de huidige zorgpraktijk en beschikbare middelen (zoals leefstijlinterventies) nog een grote groep mensen onvoldoende geholpen wordt. Door de medicatie mogelijk in het basispakket te laten opnemen, kan voor hen een nieuwe behandelroute ontstaan.
Mogelijke consequenties en voorwaarden
Hoewel de opname in het basispakket perspectief biedt, geldt niet automatisch dat iedereen met overgewicht direct aanspraak kan maken. Het Zorginstituut benadrukt dat er aanvullende voorwaarden komen: medicijnen zullen in combinatie met leefstijlbegeleiding moeten worden ingezet en niet als vervanging daarvan. Bovendien moeten de patiëntengroepen zorgvuldig worden afgebakend om de betaalbaarheid en efficiëntie te waarborgen.
De kosten zijn geen kleinigheid: eerder werd ingeschat dat vergoeding van Wegovy voor een brede groep tot miljarden euro’s per jaar zou kunnen leiden. Daarom is een selectieve, gefaseerde benadering gekozen.
Impact op zorgverzekerden en zorgsysteem
Voor verzekerden betekent dit mogelijk dat middelen die tot nu toe eigen kosten waren, volgens een nieuwe regeling kunnen worden vergoed. Dat kan financiële verlichting voor patiënten geven, maar brengt ook discussie over toegang, selectiecriteria en lange termijn werking. De zorgsector bereidt zich voor op implementatie: ziekenhuizen, huisartsen en leefstijlinterventie-programma’s waarschuwen dat de infrastructuur en begeleiding klaar moeten zijn om medicatie verantwoord in te voeren.
Voor het zorgstelsel betekent dit dat balans gezocht moet worden tussen medische noodzaak, kosteneffectiviteit en uitvoerbaarheid. Het Zorginstituut benadrukt dat het gaan om méér dan een medicijn: preventie, leefstijl en zorgnetwerken blijven cruciaal.
Wat kunnen patiënten verwachten?
Patiënten met ernstig overgewicht die voldoen aan de criteria worden aangedragen door hun behandelend arts. Het traject bestaat uit beoordeling, leefstijlinterventie en mogelijke start van medicatie in een gecontroleerde setting. De tijdlijn is echter niet onmiddellijk: het adviesproces loopt nog en opname in het basispakket vergt besluiten van de minister van Volksgezondheid. Het is dus nog niet zo dat vanaf morgen iedereen recht heeft op vergoeding.
Tegelijkertijd is de stap van het Zorginstituut een duidelijke indicatie dat behandeling van obesitas steeds serieuzer wordt genomen binnen de gezondheidszorg. De komende maanden zullen bepalend zijn voor de uiteindelijke besluitvorming, de precieze voorwaarden en het moment waarop patiënten daadwerkelijk kunnen profiteren van deze nieuwe mogelijkheden.













