Hoeveel sociale huurwoningen gaan naar statushouders? Expert Jan van de Beek legt het uit

Migratiewetenschapper Jan van de Beek waarschuwt dat zelfs een klein aantal sociale huurwoningen dat wordt toegewezen aan statushouders (vluchtelingen met een verblijfsvergunning) een groot effect kan hebben op de wachttijd voor andere woningzoekenden. In een video op X (voorheen Twitter) legt hij uit waarom cijfers die door media worden genoemd, volgens hem een vertekend beeld geven van de werkelijke impact.

“Half Nederland heeft het erover: hoeveel sociale huurwoningen gaan naar statushouders? Media komen met uiteenlopende percentages, soms zelfs op basis van dezelfde cijfers,” zegt Van de Beek. “Maar die percentages zeggen weinig over het effect dat mensen in de praktijk ervaren.”

Verschillende cijfers, weinig duidelijkheid

De discussie over de verdeling van sociale huurwoningen laait regelmatig op. Gemeenten zijn wettelijk verplicht om een deel van hun beschikbare woningen toe te wijzen aan statushouders, om hen te helpen integreren. Hoe groot dat aandeel precies is, verschilt per regio en per jaar.

Volgens Van de Beek focussen media en beleidsmakers te veel op landelijke gemiddelden. “Of dat nu 8 of 12 procent is, het zegt weinig over wat er lokaal gebeurt,” stelt hij. “Voor iemand die al jaren op een wachtlijst staat, kan zelfs één woning minder per jaar een groot verschil maken.”

Asielzoekers Zwolle

Rekenvoorbeeld: het fictieve dorp Wachthuizen

Om zijn punt te verduidelijken gebruikt Van de Beek een fictief voorbeeld. In zijn denkbeeldige dorp Wachthuizen staan honderd sociale huurwoningen. Elk jaar komen er drie woningen vrij die normaliter worden toegewezen aan starters.

“Er staan altijd achttien mensen op de wachtlijst,” legt Van de Beek uit. “Met drie toewijzingen per jaar betekent dat een wachttijd van ongeveer zes jaar.”

Maar als één van die drie woningen voortaan naar een statushouder gaat, blijven er nog maar twee woningen per jaar over voor andere starters. “De wachttijd loopt dan meteen op naar negen jaar,” zegt hij. “Dat is anderhalf keer zo lang. En dat terwijl slechts 10 procent van de toewijzingen naar statushouders gaat.”

Volgens de migratiewetenschapper groeit de wachtlijst daarna ieder jaar verder. “Elk jaar komt er één persoon bij die geen woning krijgt. Daardoor loopt de wachttijd telkens met een half jaar op,” aldus Van de Beek.

‘Klein aandeel, grote gevolgen’

De kern van zijn boodschap: het aandeel toewijzingen aan statushouders lijkt op papier klein, maar kan in de praktijk een groot effect hebben.
“Bij schaarste maakt elk percentage uit,” zegt Van de Beek. “Zeker in gemeenten waar de woningmarkt al krap is, kunnen kleine verschuivingen leiden tot veel langere wachttijden.”

Hij benadrukt dat het voorbeeld een schematische weergave is, bedoeld om inzicht te geven in de onderliggende dynamiek. “Het gaat niet om exacte cijfers, maar om het principe. Als een derde van de jaarlijkse toewijzingen in een kleine gemeente naar statushouders gaat, voelen starters dat direct.”

Politieke verantwoordelijkheid

Van de Beek stelt nadrukkelijk dat de oorzaak van het probleem niet bij statushouders ligt, maar bij politiek beleid.
“Het is niet de bedoeling om statushouders verantwoordelijk te houden voor de krapte op de huurwoningmarkt,” zegt hij. “De verantwoordelijkheid ligt bij bestuurders die jarenlang te weinig hebben laten bouwen.”

Volgens hem is het oneerlijk om starters en statushouders tegenover elkaar te zetten. “Het echte probleem is dat er onvoldoende woningen bijkomen. De overheid laat asielmigratie toe, maar bouwt niet de sociale huurwoningen die daarvoor nodig zijn.”

Protest asiel centrum

Wooncrisis en maatschappelijke onvrede

De woningnood in Nederland is de afgelopen jaren sterk toegenomen. Starters, alleenstaanden en jonge gezinnen hebben moeite om betaalbare woonruimte te vinden. Volgens cijfers van het CBS wachten in sommige gemeenten mensen meer dan tien jaar op een sociale huurwoning.

De toewijzing van woningen aan statushouders ligt daardoor politiek gevoelig. Gemeenten moeten van het Rijk jaarlijks een bepaald aantal vergunninghouders huisvesten. Die verplichting zorgt lokaal soms voor spanningen, zeker in regio’s waar de woningvoorraad al onder druk staat.

Van de Beek begrijpt die frustratie. “Mensen die al jarenlang op een wachtlijst staan, zijn niet gek. Ze merken dat voorrang voor statushouders hun wachttijd verlengt,” zegt hij. “Dat is niet de schuld van die statushouders, maar van slecht beleid. Je kunt niet blijven toelaten zonder voldoende huizen te bouwen.”

Gerelateerde Artikelen

Laat uw reactie hier achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Nieuwsbrief

Goed op de hoogte blijven? Meld je aan voor onze nieuwsbrief en krijg het laatste nieuws, verdiepende verhalen en exclusieve updates direct in je inbox.

You have been successfully Subscribed! Ops! Something went wrong, please try again.

Unlock Premium Content!

Sign up for our
premium membership today.

Categorieën

    Abonneer je op onze nieuwsbrief en ontvang de laatste updates, exclusieve verhalen en deskundige inzichten rechtstreeks in je inbox. Word vandaag nog lid van onze community!

    Contact Informatie

    Heb je een vraag, tip of opmerking? We staan voor je klaar. 

    © 2025 Nieuws Arena. Alle rechten voorbehouden.